Pas op voor acceleratie zones!
Rondom landtongen en tussen eilanden kan de wind worden beperkt door obstakels op het land. In het platte Nederland hebben we daar weinig last van, hooguit wat windwervelingen op de Loosdrechtse Plassen door bomen op de kant. Hoge obstakels zoals kapen en vulkanen hebben wel een grote invloed op het pad van de wind. Je hebt dan te maken met wind acceleratie zones (WAZ).
De eerste acceleratie zone waar wij mee te maken krijgen is bij Cabo da Roca, iets ten noorden van Cascais. Zeilend met vol tuig en 15 knopen wind wordt dit rond de kaap ineens ruim 25-30 knopen. Gelukkig zijn we gewaarschuwd en weten we wat we kunnen verwachten. We zijn alleen wel verbaasd over de snelheid van deze verandering.
Overdag zijn de acceleratie of versnellingszones meestal zichtbaar door de verandering in de textuur van het wateroppervlak. Je ziet dan plots witte koppen op de golven staan en een heel ander golfpatroon. In de nacht is dit lastiger te zien en kan kennis omtrent dit verschijnsel je helpen.

Rondom Madeira, maar zeker op de Canarische Eilanden heb je te maken met een groot aantal acceleratiezones tussen de eilanden. De Canarische Eilanden zijn hoge vulkanische bergen met indrukwekkende windschaduwen – tot 25 mijl lijwaarts van Gran Canaria, 15 mijl lijwaarts van Tenerife en 30 mijl lijwaarts van La Palma. Ze hebben ook aanzienlijke windversnellingszones, veroorzaakt door de verplaatsing van de wind langs en tussen de eilanden. De lucht wordt ingesnoerd en dat veroorzaakt een versnelling, want de enige manier om een grotere hoeveelheid lucht door dezelfde opening te krijgen is door de lucht te versnellen.


Vooral in de zomer, als de lucht opwarmt en dus nog meer thermiek geeft kun je te maken krijgen met snoeiharde winden tot 50 knopen. Dat is de reden dat het laagseizoen hier loopt van april tot september en er in de zomer vrijwel geen zeilboten worden verhuurd. Maar ook in de rest van het jaar zijn de acceleratiezones aanwezig.
De versnellingszones bestaan ook direct naast de kalme zones in de luwte van de eilanden. Het ene moment is het vrijwel windstil en plotsklaps heb je 30-40 knopen wind. Iets om heel goed rekening mee te houden.
Door naar de overheersende windrichting te kijken en de lijnen rond het land op een kaart te tekenen (elektronisch of op papier) krijg je een goed beeld van de windlijnen. Dit is vooral ’s nachts erg handig, omdat je dan de overgangen niet kunt zien.
In programma’s als Windy en PredictWind krijg je een redelijk beeld van de acceleratie zones, maar dat dit niet altijd overeenkomt met de werkelijkheid hebben wij meerdere keren ondervonden.


Tijdens de tocht van Los Christianos op Tenerife naar San Sebastian op La Gomera zouden we volgens de voorspellingen 15 knopen wind krijgen met vlagen tot 25 knopen. In werkelijkheid hebben we gedurende 2 uur 38 knopen wind gehad met vlagen tot 44 knopen. Deze video geeft je een idee hoe dat is.




De gouden regel is dan ook: “Reef early and generously, because the wind will increase by another 15 knots”.