Portugal
Na het zonnige Spanje komen we dan aan in Portugal. Een land waar de taal ons totaal niets aan herkenning geeft, en de klanken ons zeer onbekend in de oren klinken. Portugal is echter wel het land waar we kennis leren maken met de mist…en flinke mist. Wat we allemaal al ontdekken over Portugal vóórdat we er zijn is dat Portugees de 6-de meest gesproken taal in de wereld is. Ook is het land vernoemd naar de hoofdstad Porto en Lissabon is een van de oudste steden van Europa: de stad is ouder dan Rome of Londen. 

Verder bevindt zich in Lissabon de langste brug ter wereld (Vasco da Gama brug) maar ook de oudste boekhandel ter wereld. Verder staat het land bekend om zijn port, kurk en tegels en hebben ze de prepaid telefoonkaart én de piri piri saus uitgevonden.  Welkom in Portugal!


Haven Viana do Castelo
We lagen in de haven direct links als je de monding van de rivier de Lina opvaart. Hier is het namelijk net wat dieper dan in de Marina maar er zijn niet zoveel plekken. Over de marifoon wordt je naar de goede plek geloodst. 
We lagen tegenover het schip Gil Eannes: vernoemd naar een Portugese ontdekkingsreiziger. Dit ziekenhuisschip is gebouwd in Viana do Castelo in 1955 en toen de  ondersteuning van de kabeljauw vloot niet meer nodig was viel het in verval. 
Tegenwoordig is het helemaal gerestaureerd en cultureel erfgoed van de stad.

Stad Viana do Castelo
We aten heerlijk echt Portugees eten bij Casa Primavera-Taberna Soares. 
In de ochtend liepen we net even de andere kant op en dwaalden door het stadje dat bekend staat om zijn klederdracht en gouden borduursels. We maakten kennis met de vele huizen met de typische Portugese tegels op de gevels.
Volgens Visit Portugal is dit een van de mooiste steden van het land.

Baai van Porto
Ankeren deden we in de Bairo da Rainha D. Leonor. Dit is een plek waar het anker goed stand hield maar de stroming is er erg sterk. Tip: Navily is een fantastische app om meer informatie te vinden over ankerplekken en havens.
De stad is gemakkelijk te bereiken met de dinghy (20 min), al moet je daar wel een ligplaats zoeken. (Achter de rondvaart steiger, over en onder de lijnen). Dichterbij is een aanlegsteiger waar we de achterkant gebruikten om uit de stroming te liggen. De busdienst naar de stad is goed. Zorg wel dat je ruim buiten de vaargeul ligt, want er zijn (vracht)schepen die heel strak langs de boeien varen.

Stad Porto
Porto is de stad waar Portugal zijn naam aan te danken heeft, al heette de stad eerst Cale en later Portucal. De stad staat bekend als herkomstplaats van de port. Deze wordt echter in Vila Nova de Gaia (aan de overkant van de Douro) gelagerd en van daaruit geëxporteerd.
De stad ligt aan de Douro rivier. Deze ‘Gouden rivier’ ontspringt in de Sierra de la Demanda en is 897 km lang.  In, of nabij Porto wordt hij overspannen door 6 bruggen. Vanaf zee is daar als eerste de Ponte da Arrábida,  dan de Ponte Luís I, Ponte Infante Dom Henrique, Ponte Freixo, Ponte da Maria Pia en tot slot de Ponte São  João.

Vanuit onze dinghy doken we eerst rechtsaf de Cais de Ribeira op. Met zijn terrassen en marktkramen begrenst hij de gelijknamige wijk. De buurt met vrolijk gekleurde huizen en smalle straatjes, smeedijzeren balkonnetjes en authentieke azulejos (beschilderde tegels) lijkt tegen de berg geplakt en dat merk je goed als je er doorheen wandelt. De wijk staat op de Werelderfgoedlijst van UNESCO.

De Pont de Dom Luís is in 1880 gebouwd door een leerling van Gustav Eiffel (die overigens ook de Ponte Maria Pia ontwierp). De naam dankt hij aan de toenmalige koning van Portugal. De Ponte Maria Pia werd gebouwd in 1877 en  had destijds de grootste overspanning ter wereld!
Op het bovenste wegdek rijdt de metro en kunnen voetgangers van een geweldig uitzicht over de stad genieten. De auto’s rijden op het wegdek 44 meter lager. 

Als je de Pont Luís bent over gewandeld en je keuvelt door de straatjes naar beneden, kom je op de Cais Gaia. Dit is aan deze zuidkant van de Douro. Aan de bovenloop van de Douro vind je veel wijngaarden waar ze druiven verbouwen voor Port wijnhuizen hier in Porto en Vila Nova de Gaia. Deze vallei staat, net als de wijk aan de overkant, op de Unesco erfgoed lijst. 
We wandelden door de buurt en lunchten bij een kleine pizzeria. We bekeken het station São Bento. Het gebouw uit 1904 is van binnen voorzien van grote panelen azulejo-tegels en muurschilderingen. Een bezoekje waard.

Baai van São Jacinto/Aveiro
Een ankerplek aan het begin van de baai van Ria de Aveiro. De veerboot naar Aveiro gaat er ook, maar dan is het nog een flink stuk lopen naar het centrum van het stadje. 
Aan de ene kant van de baai heb je uitzicht op industrie, aan de andere kant op een start/landingsbaan (waar niet veel gebeurde). Het is niet al te diep, niet al te groot, weinig spannend máár je hebt wel zicht op de langste vuurtoren van Portugal. Hij dateert uit 1893, is 62 meter hoog en is pas in 1990 geautomatiseerd. 

Haven Figueira da Foz
Wifi gaat goed maar het licht in de douches gaat snel uit🤣. De haven is één lange steiger met dwars steigers. Op loopafstand zijn er 2 wasserettes, een overdekte markt en wat supermarkten.

Stad Figueira da Foz
We wandelden de stad door en genoten van de schaduw in het park met de voliere. Ook bezochten we de Mercado municipal. Deze bevindt zich direct aan de boulevard langs de haven. Wat we vooral leuk vonden om te zien, was het verschil tussen de ‘handelaren’ en de kleinere ‘keuterverkopers’. Hun spulletjes komen zó uit de moestuin. De wasserette zit ernaast dus dat combineert goed. 
Verder fietsten we over het strand, via het vlonderplanken pad, naar het noorden. We verwonderden ons over de kracht waarmee de golven op het strand slaan. Wat een geweld…

Haven Cascais
Het is een grote mondaine, maar dure haven. Voor dit geld zouden ze wat ons betreft wel iets aan de douchegebouwen mogen doen én een behoorlijk sterker wifinetwerk aanleggen. Verder is er wel de mogelijkheid tot wassen en een héél klein levensmiddelen winkeltje. Loop je echter de noordkant op, dan kom je op een boulevard waar zich de meest luxe winkels bevinden, een aantal restaurantjes en een luxe uitziende (iets grotere) supermarkt. Qua prijs valt hij overigens mee. Op loopafstand is een hypermarkt. In de baai kun je zeer goed ankeren, behalve bij de zuidenwind waar wij tijdens ons bezoek mee te maken hadden.

Stad Cascais
De stad ademt luxe en gezelligheid. Er zijn veel restaurantjes waar je heerlijk kunt eten, er is een grote markthal en iets dichterbij de haven bevindt zich een hele grote hypermarkt.
De eerste verkenning van de stad was tijdens de Ironman dus enigszins onrustig, maar wij vonden onze rust in Parque Marechal Carmona. Dit park ligt precies aan de overkant van de weg bij de haven. In het park lopen hanen rond, duiven, er zwemmen schildpadden in de vijvers, er zijn speeltuintjes en er is een kiosk met heerlijke koffie. Aan het park grenst het Museu Condes de Castro Guimarães.
Kijken we naar de geschiedenis van Cascais dan is het tijdenlang het zomerverblijf geweest van aristocraten en Koning Lodewijk I. Dit verklaart de uitstraling van luxe.

Zoals je intussen weet zijn wij meer van de buitenactiviteiten dus pakten we de fietsen namen het ciclovia do Guincho. Dit is het oudste fietspad van de gemeente, is bijna 9 km lang en loopt van de jachthaven naar de Praia do Guincho. Het fietspad biedt ontelbare uitzichten over de rotskust.
Aan de rechterkant bevindt zich Sintra-Cascais natuurpark. Hier is fietsen niet toegestaan, maar wandelen wel. Terug naar de haven fietsten we door Areia: precies aan de oostbegrenzing van dit duingebied.
Een van de mooie punten waar je langs fietst is de Boca do Inferno (mond van de hel). Een in de rotskust uitgeslepen boog en door de ruigheid van de kust spat het water hier spectaculair tegen de rotsen.

Iets minder cultureel maar wel heerlijk om te doen is het bewandelen van het kustpad Cascais-Estoril. Het is eigenlijk een drie kilometer lange wandeling om de ankerbaai van de haven heen. Je loopt over de boulevard of het strand en komt langs mooie ruigere stukken, maar ook langs getijdezwembaden waar mensen genieten van de natuur. Volgens Tomtom wordt deze (auto)route beschreven als één van de meest pittoreske wegen in Europa…. Ik weet niet of we het daar mee eens zijn maar het klinkt leuk.

Sintra
Sintra is een plaats en gemeente op 25 km van Lissabon, aan de voet van het Sintragebergte en de naam komt van het Keltische woord Cynthia, dat maan betekent. Er stond hier namelijk 300 jaar voor Christus een Keltische maantempel. De Moren namen het gebied in de 8ste eeuw in en gaven het deze naam. Zij gaven zich in 1147 in het Castelo dos Mouros weer over aan de troepen van koning Alfons I van Portugal. Er zijn in dit gebied verschillende paleizen, kastelen, kerken en kloosters te vinden die elk hun eigen stijl hebben.
Er schijnt niet een aanwijsbare reden te zijn waarom al deze bouwwerken zo vlak bij elkaar staan, en men gaat ervan uit dat dit te maken heeft met de de aantrekkingskracht van het gebied bij de bouwers.

Even organisatorisch: Er zijn voor €11,50 (2022) 24 uurs-kaarten te koop voor de bus in deze regio tot en met Lissabon en Cascais. Verder staan er op verschillende sites dat er gratis entree is maar er wordt voor elk kasteel entreegeld geheven. Je komt vaak ook de tuin niet in, al staat er op sommige sites van wel. Het loont dus om te kijken welk kasteel je van binnen wilt zien en verder kun je vooral (for free) van de omgeving en buitenkant genieten. Zo kozen wij er voor om kaarten te kopen voor het Parque de Pena al hadden we achteraf Quinta da Regalera wel van binnen willen bekijken. Een mooie reden om nog eens terug te keren.

Note: wij informeren je graag op basis van persoonlijke ervaringen. Er is nog veel informatie te vinden op bijvoorbeeld Navily of Noforeignland. Op onze Polarsteps kun je ook veel lezen over onze ervaringen.